
voor jou

voor elkaar

voor een positief leer- en leefklimaat
oog voor jou
- Ik zie en hoor jou.
- Ik heb aandacht voor jou.
- Ik ken jou / ik wil jou kennen.
- Ik accepteer jou zoals je bent.
- Ik praat met jou in plaats van over jou.
oog voor elkaar
- Wij groeten elkaar en houden deuren voor elkaar open.
- Wij zijn behulpzaam en vriendelijk naar elkaar.
- Wij helpen elkaar groeien door samen te werken.
- Wij geven elkaar de ruimte om verschillend te zijn.
- Wij zijn betrokken en dragen bij aan een veilige school.
oog voor een positief leer- en leefklimaat
- Wij benoemen en belonen positief gedrag.
- Wij vieren successen.
- Wij geven elkaar feedback op het proces.
- Wij stellen heldere doelen.
- Wij doen wat we zeggen.